blog

Tegen beter weten in

Soms moet je er voor open staan

Raar toeval. Nou ja, eigenlijk zal er wel geen toeval aan ten grondslag liggen. Vorige week had ik het over Facebook en dat ik daar iets was tegengekomen; een bericht met een foto van een winkel die Pandora heette. Vandaar mijn bericht van vorige week over de "hoop" die in de doos van Pandora is achtergebleven. Afgelopen maandag, nog geen drie dagen later, had ik mail, afzender was een winkel met de naam Pandora met hetzelfde foto'tje. Een aan de spam box ontsnapte mail over "jewelry", kraaltjes en spiegeltjes voor slecht 9.99 dollar. Een behoorlijk Big Brother gevoel dus. Als mak schaap doe ik er braaf aan mee en ongetwijfeld doe ik er nog veel meer aan mee dan ik kan denken. En of het nou zo'n fijn gevoel is om als schaapjes door een opperwezen in de gaten te worden gehouden ?

Nog meer toeval

Dat was nog niet alles voor wat betreft het toeval en de opperwezens in de afgelopen week. Ze moeten mij altijd hebben, lijkt het wel. Zoals je misschien weet houd ik kantoor op de begane grond. Achter de voordeur is een ruime hal en dan nog een deur door en je staat bij mij in het kantoor. Nadat ik een paar maanden geleden weer een fiets ben kwijt geraakt aan een passerende gelegenheidsdief en omdat er op het moment toch niemand op de verdiepingen boven mij zit, zet ik mijn fiets tegenwoordig in de hal. Niet op slot, want de voordeur is dicht. Of eigenlijk, die is tegenwoordig niet zo dicht meer. Timmer-, electricien- en loodgiet- mannen zijn bezig de vier bovengelegen verdiepingen te verbouwen en laten  de voordeur vaak op een kier staan.

Terwijl ik gemoedelijk op mijn toetsen aan het tikken ben, hoor ik op een gegeven moment de voordeur opengaan. Gewoonlijk klost er daarna iemand de trap op, maar dit keer niet. Ik zie een schaduw in de buurt van mijn fiets en besluit toch eens een kijkje te nemen. Ik zwaai de deur open, zie twee oudere mannen over mijn fiets gebogen staan en vraag luid en duidelijk op mijn meest politie-achtige manier "waar zijn we hier mee bezig". De heren schrikken niet eens, kijken op en vertellen dat ze de fiets op slot zetten. Ik geloof ze. Voorwaardelijk, dat wel.

Het grote vertrouwen

Beide heren, laat ze al een aardig eind richting 70 lopen, leggen vervolgens uit dat ze de deur op een kier zagen staan en dat de fiets niet afgesloten leek. Ze konden (geen van beiden ?) de behoefte onderdrukken om de fiets op slot te willen zetten. Dat doen ze wel vaker... Wel laten ze in zo'n geval de sleutel er in achter, dat is voor de rechtmatige eigenaar dan weer mooi meegenomen. Ze maakten niet de indruk op roverspad te zijn en ik zeg dan ook dat ik, na mijn eerste toestormen en mislukte poging tot overrompelende autoriteit, hun verhaal geloof en het vertrouwen heb dat ze geen slechte plannen hebben.

Op dat moment komt de aap uit de mouw. Ik had natuurlijk de alarmbellen al van verre moeten horen rinkelen, maar ja, snelheid is niet ieders kracht... Dat ze blij waren met het "vertrouwen". En of ik wel wist wat voor puinhoop het in de hedendaagse wereld was. Dat het vertrouwen tussen de mensen zoek was. En dat het tijd werd om een oplossing te zoeken. Dat kon, wisten ze beiden vrij zeker, bereikt worden door het Grote Vertrouwen in de Heer. Op dat moment pakte de kleinste van de twee de bijbel uit zijn tasje en begon er ongevraagd uit voor te lezen. De ander bleef me aankijken op een manier of hij hoopte dat zich ter plekke een Godswonder zou voltrekken. Hij bleek inmiddels voor de genadeklap de Wachttoren al in zijn hand te hebben.

Tegen beter weten in

Zo weinig overtuigend als ik bleek te zijn bij mijn autoritaire optreden, zo helder bleek ik te kunnen verwoorden dat hun moeite volledig verspild was om mij hiervoor te interesseren. Nog één klein citaat uit de bijbel murmelde de kleinste, terwijl de grote de Wachttoren al wegstopte. Ik moest onwillekeurig toch even aan mijn bericht van vorige week terugdenken. Over geloof, hoop en vooral "tegen beter weten in" gesproken... toen ik 10 was zat de hemel voor de Jehova's al vol. Volgens mij is dat ook de enige hemel met een numerus fixus beleid.

Een fotoblog is geen fotoblog als er geen...

Toen ik 10 was, woonden mijn ouders, en ik daarmee, in Assen in een 2-onder-1-kap huis. We woonden er met zijn vieren. Een paar huizen daarnaast woonde een Jehova's getuigen gezin, ik meen dat ze met zijn achten waren, in net zo'n huis. Met dochter Marjolein, die een jaar of wat ouder dan ik was, ging ik regelmatig met hun hond wandelen. Een Rottweiler met de naam Rikky.

In die tijd maakte ik mijn allereerste foto's. Op negatief-film in 6x6 cm formaat. 12 foto's op een rolletje. Op mijn allereerste fotorolletje staat Rikky maar liefst 2 keer. Waarom eigenlijk niet een foto van van Marjolein denk ik achteraf ? Een foto van de eerste bladzijde van mijn eerste fotoboek (met kinderlijk commentaar op mijn allermooist geschreven) :

 

rikky

 

Ongetwijfeld heb ik het rolletje samen met mijn vader ontwikkeld en afgedrukt in de doka die hij op zolder had gemaakt. Met magische attributen, vreemde vloeistoffen en gedempt rood licht. En af en toe, bij het belichten van het fotopapier, knalde een straal zwart-wit licht in negatief op een papiertje. En dan kwam even later dat beeld in positief langzaam op, terwijl het fotopapier in de ontwikkelaar lag. Blijft mooi, zo'n proces met onbegrijpelijke gebeurtenissen en blijvend resultaat.

Feedback

Ik kan me ook nog herinneren welke goedbedoelde kritiek mijn vader had. Als ik nu kijk zou ik, wanneer ik voorzichtige feedback zou hebben, waarschijnlijk hetzelfde hebben gezegd, maar toen was ik er niet helemaal klaar voor. Kritiek krijgen is sowieso niet mijn sterkste kant, trouwens. Hij had het over compositie, over wat je fotografeert en waarom. Daar was ik nog lang niet aan toe...

 

vaart

 

Bijvoorbeeld bij bovenstaande foto van de Vaart kan ik me herinneren dat hij zei dat het misschien beter was geweest om de lengte van de vaart in beeld te brengen door de foto met de boot mee te nemen. Nu denk ik dat zelf ook. En bovendien : waarom staat alles op mijn eerste rolletje in het midden, waarom is alles scherp, wat probeerde ik te laten zien... Ach ja, soms moet je ergens klaar voor zijn en er voor open staan. Nou ik er over nadenk, datzelfde zei één van de Jehova mannen ook tegen me...

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *